Foto: Segrijnslak
Gewichten en maten
Schofthoogte van 25 tot 35 mm
Beschrijving van het dier
De Segrijnslak, wetenschappelijk bekend als Cornu aspersum (voorheen Helix aspersa), is een middelgrote landslak die behoort tot de familie van de Helicidae, ofwel de tuinslakken. Deze soort is een van de meest bekende en wijdverspreide slakken ter wereld en is oorspronkelijk afkomstig uit het Middellandse Zeegebied en delen van Noordwest-Afrika. Door menselijk handelen is de Segrijnslak echter over veel andere delen van de wereld verspreid geraakt, waardoor hij nu in veel gebieden als een invasieve soort wordt beschouwd.

De Segrijnslak heeft een kenmerkende, bolvormige schelp die tot ongeveer 40 mm in diameter kan groeien, hoewel de gemiddelde grootte meestal rond de 30 mm ligt. De schelp is meestal bruin met een patroon van donkerdere en lichtere banden en vlekken, waardoor het dier goed gecamoufleerd is in zijn natuurlijke omgeving. De schelp bestaat uit ongeveer vier tot vijf windingen en heeft een vrij glad oppervlak.

De lichaamskleur van de Segrijnslak varieert van lichtgrijs tot donkerbruin. Het dier is uitgerust met een paar langere tentakels met ogen aan de uiteinden, en een paar kortere tentakels die functioneren als tastorganen. De Segrijnslak heeft een long en ademt lucht, wat betekent dat hij regelmatig naar het oppervlak moet komen om te ademen.

Segrijnslakken zijn vooral 's nachts en tijdens vochtige weersomstandigheden actief. Ze voeden zich met een breed scala aan plantenmateriaal, waaronder levende planten, dode bladeren en zelfs rottend fruit. Dit dieet maakt hen tot een plaag in veel tuinen en landbouwgebieden, waar ze aanzienlijke schade kunnen aanrichten aan gewassen en sierplanten.

De voortplanting van de Segrijnslak is bijzonder omdat het een hermafrodiet is, wat betekent dat elk individu zowel mannelijke als vrouwelijke voortplantingsorganen heeft. Desondanks vereist de voortplanting meestal twee individuen, die elkaar bevruchten. Na de paring legt elke slak enkele tientallen eitjes in een vochtige, beschutte omgeving. De jonge slakken komen na ongeveer twee tot vier weken uit, afhankelijk van de omgevingstemperatuur en vochtigheid.

De Segrijnslak heeft een aantal natuurlijke vijanden, waaronder vogels, kleine zoogdieren, amfibieën, en zelfs bepaalde insecten. Mensen hebben ook een lange geschiedenis van het verzamelen en eten van deze slakken, vooral in de Franse keuken, waar ze bekend staan als 'escargots'.

Ondanks de soms negatieve impact op landbouw en tuinen, spelen Segrijnslakken een belangrijke rol in hun ecosystemen. Ze helpen bij de afbraak van dode planten en dragen bij aan de voedselketen, waardoor ze een waardevolle soort zijn in de biodiversiteit van hun habitat.
Nieuwe dierenfoto's