Gewichten en maten
Lengte |
van 55 tot 59 cm |
Gewicht |
900 g |
Vleugelspanwijdte |
van 135 tot 155 cm |
Bedreigingsstatus
Beschrijving van het dier
De Zwarte Wouw (Milvus migrans) is een middelgrote roofvogel die behoort tot de familie van de Accipitridae, waartoe ook andere roofvogels zoals arenden, buizerds en haviken behoren. Dit dier is een opmerkelijke verschijning in de lucht, met zijn gestroomlijnde lichaam, lange vleugels en kenmerkende gevorkte staart, die het een uitzonderlijke wendbaarheid en stabiliteit tijdens het vliegen verleent. De Zwarte Wouw is een ware meester in het zweven en glijden op de thermiek, waarbij hij vaak urenlang met minimale vleugelslagen grote afstanden kan afleggen.
Uiterlijk vertoont de Zwarte Wouw een overwegend donkerbruine kleur met lichtere strepen, vooral zichtbaar op de kop en borst. De jongere vogels hebben een iets lichtere en meer gevlekte vacht dan de volwassen exemplaren. De ogen zijn helder en scherp, met een doordringende blik die kenmerkend is voor roofdieren. De snavel is sterk, licht gehaakt en perfect aangepast om zijn prooi te vangen en te verscheuren.
Met een spanwijdte van ongeveer 150 tot 175 centimeter is de Zwarte Wouw een indrukwekkende verschijning in de lucht. Zijn voedsel bestaat voornamelijk uit kleine zoogdieren, vogels, vissen, en soms eet hij ook carrion (kadavers). Hij staat ook bekend om zijn behendigheid om voedsel te stelen van andere vogels, een gedrag dat bekend staat als kleptoparasitisme.
De Zwarte Wouw is een trekvogel die grote afstanden aflegt tussen zijn broedplaatsen en overwinteringsgebieden. Zijn broedgebieden bevinden zich voornamelijk in de gematigde en subtropische zones van Europa, Azië en Noord-Afrika. Tijdens de wintermaanden trekken deze vogels naar het zuiden, naar de warmere klimaten van Afrika en het Indisch subcontinent. Deze indrukwekkende trektochten benadrukken hun aanpassingsvermogen en overlevingsinstinct.
Het nestelen gebeurt vaak in hoge bomen of op kliffen, waar het paar een groot nest bouwt van takken, bekleed met zachter materiaal. Het vrouwtje legt meestal 2 tot 3 eieren, die na ongeveer 30 dagen broeden uitkomen. Beide ouders zijn betrokken bij het grootbrengen van de jongen, die na ongeveer 50 tot 60 dagen vliegvlug zijn.
Ondanks dat de Zwarte Wouw zich kan aanpassen aan een verscheidenheid van habitats, waaronder open bossen, wetlands en zelfs stedelijke gebieden, wordt zijn populatie bedreigd door habitatverlies, vervuiling en het gebruik van pesticiden. Gelukkig wordt deze soort in veel van zijn leefgebieden beschermd om ervoor te zorgen dat toekomstige generaties ook kunnen genieten van de aanblik van deze majestueuze roofvogel in de lucht.
Verspreidingskaart