Gewichten en maten

Beschrijving van het dier

De Robijnkeelkolibrie, wetenschappelijk bekend als Archilochus colubris, is een kleine, opvallende vogel die voornamelijk voorkomt in Noord-Amerika. Deze soort is bijzonder bekend om zijn levendige kleuren en razendsnelle vleugelslag, waardoor het een fascinerend schouwspel is voor vogelliefhebbers en natuuronderzoekers.

De mannetjes van de Robijnkeelkolibrie zijn gemakkelijk te herkennen aan hun schitterende robijnrode keel, die glinstert in het zonlicht, in combinatie met een smaragdgroene rug en een witte onderzijde. De vrouwtjes en jongen missen deze opvallende rode keel en hebben in plaats daarvan een meer gedempte kleurstelling met groene bovendelen en een witte buik met fijne, donkere streepjes. Beide geslachten hebben een slanke, rechte snavel die perfect is aangepast aan het voeden met nectar uit bloemen.

Deze kolibries zijn uitermate behendig in de lucht. Ze kunnen met een verbazingwekkende snelheid vliegen en zijn in staat om op één plek in de lucht te blijven hangen door hun vleugels tot wel 50 keer per seconde te bewegen. Deze unieke vaardigheid stelt hen in staat om nectar te verzamelen uit bloemen zonder te hoeven landen, waarbij hun lange, dunne tong als een efficiënt gereedschap dient om de zoete vloeistof op te zuigen.

Robijnkeelkolibries zijn migrerende vogels. Ze brengen de wintermaanden door in Midden-Amerika, van Mexico tot aan Panama, en keren in de lente terug naar de oostelijke helft van Noord-Amerika om te broeden. Hun migratieroutes zijn indrukwekkend, aangezien deze kleine vogels duizenden kilometers afleggen tussen hun broed- en overwinteringsgebieden.

Tijdens het broedseizoen bouwen de vrouwtjes kleine, komvormige nesten van spinnenwebben, mos en ander plantaardig materiaal, vaak bevestigd aan een tak. Ze leggen meestal twee witte eieren, die ze ongeveer twee weken uitbroeden. De jongen zijn na drie tot vier weken vliegvlug, maar blijven vaak nog enige tijd afhankelijk van hun moeder.

De Robijnkeelkolibrie speelt een cruciale rol in het ecosysteem als bestuiver. Terwijl ze nectar verzamelen, dragen ze onbedoeld stuifmeel over van de ene bloem naar de andere, wat bijdraagt aan de voortplanting van veel plantensoorten. Hun dieet bestaat niet alleen uit nectar; ze eten ook kleine insecten en spinnen, die essentiële eiwitten leveren en helpen bij de bestrijding van ongedierte.

Ondanks hun kleine formaat en delicate uiterlijk, zijn Robijnkeelkolibries verrassend veerkrachtig en kunnen ze zich aanpassen aan een breed scala aan habitats, waaronder bossen, tuinen en stedelijke gebieden. Hun aanwezigheid is een vreugde voor veel mensen, die speciale voederstations inrichten om deze betoverende vogels naar hun tuinen te lokken.

Met hun adembenemende snelheid, levendige kleuren en fascinerende gedrag, vormen de Robijnkeelkolibries een schitterend onderdeel van de natuurlijke wereld, een symbool van schoonheid en veerkracht die de verbeelding van mensen al eeuwenlang aanspreekt.